Lestips voor kleuterleerkrachten
Met deze lestips bereik je in jouw les nóg meer leerdoelen. Je kunt de tips in verschillende kunstzinnige en creatieve lessen gebruiken, zoals tekenen, schilderen, boetseren en bouwen. Zo werken kleuters op een speelse en creatieve manier aan verschillende vaardigheden.
Tip: Ruimtelijk bouwen
Kinderen bouwen en stapelen erop los. Gebruik termen zoals voor, achter, in, tussen, onder, boven, op bij het stapelen van blokken. Benoem ook de positie van elk blok: ‘zet dit blok bovenop het andere blok’ of ‘plaats dit blok tussen de twee rode blokken.’ Op deze manier help je kinderen om ruimtelijke relaties te begrijpen.
Tip: Kleurennamen benoemen
Introduceer verschillende kleuren door ze bij naam te noemen. Bespreek variaties zoals bonte, lichte en donkere kleuren.
Bijvoorbeeld: vraag tijdens de schilderles eens om een bonte bloem te maken. Benoem samen de kleuren die ze vinden passen bij ‘bont’. Welke kleur is deze bloem? Is het licht- of donkergeel?
Tip: Mengkleuren
Laat kinderen experimenteren met het mengen van kleuren om nieuwe kleuren te maken.
Bijvoorbeeld: Laat kinderen met waterverf of vingerverf ontdekken welke kleuren ontstaan als ze rood en blauw mengen. En welke kleuren heb je nodig om bruin te maken? Weten de kinderen al dat je met de primaire kleuren rood, geel en blauw alle kleuren kunt maken?
Tip: Vormsoorten benoemen
Introduceer basisvormen zoals rond, vierkant, driehoek en bol door ze in verschillende activiteiten te benoemen.
Bijvoorbeeld: vraag de kinderen tijdens het kleien om een bal te maken of een vierkant blokje. Kunnen ze van een vierkantje ook een balletje maken? En waarom is dat andersom lastiger?
Tip: Vormkenmerken benoemen
Bespreek kenmerken van vormen zoals spits, hoekig, lang, dun, groot en klein. Bijvoorbeeld: vraag kinderen om tijdens het spelen met blokken torens van verschillende hoogtes te bouwen. Welke toren is kort en welke lang? Welke zal eerder omvallen?
Tip: Lijn als contour
Laat kinderen oefenen met het tekenen van lijnen en contouren.
Bijvoorbeeld: laat een leerling zijn hand op het bord leggen. Trek met een krijtje of stift een lijn langs de hand (of laat dit een klasgenoot doen). Geef de kinderen potlood en papier. Lukt het hen om zelf een lijn rondom hun hand trekken?
Tip: Verschillen in textuur
Laat kinderen verschillende texturen voelen en benoemen zoals ruw, glad, zacht.
Bijvoorbeeld: vraag de kinderen tijdens een knutselproject met verschillende stoffen om de texturen te benoemen. Hoe voelt deze stof aan? Is het ruw of glad? Welke stof vind je het fijnst om te dragen?
Tip: Groeperen op vorm, kleur en textuur
Laat kinderen materialen sorteren op basis van vorm, kleur en textuur voor een compositie.
Bijvoorbeeld: vraag de kinderen om alle rode blokken bij elkaar te leggen, of alle zachte stoffen te groeperen. Kun je alle ronde vormen bij elkaar leggen?
Klik hier om deze tekst in PDF te downloaden >>>